Theatermaker Merijn van Beusekom over een voorstelling van Niets
Op zaterdag 18 juni spelen twaalf spelers van Theaterwerkplaats Haarlem de voorstelling Ginnungagap: Het Grote Niets, in een poging om het ‘niets’ te omvatten. Het is een voorstelling waar feitelijk niets te halen valt, en tegelijkertijd misschien daarom juist alles. We spraken met theatermaker Merijn van Beusekom, die de uitdaging aanging om een voorstelling over niets te maken.
Merijn is onderzoekend, maakt graag stukken waar melancholie en zwarte humor de boventoon voeren en ze stelt speelplezier in het maakproces altijd centraal. Deze keer op het menu: een stuk over ‘niets’. Wat betekenen wij als klein mens in een heelal dat zo onbeschrijfelijk groot is, dat we het niet eens kunnen bevatten? Wat betekent het om ‘niets’ te doen? Kan dat überhaupt? En hoe maak je een voorstelling die over niets gaat?
We duiken het niets in tijdens een gesprek met Merijn!
Hoi, Merijn! Je bent met niets bezig. Is dat niet saai?
Merijn: Nee, dat is helemaal niet saai. Al vrij snel bleek dat er uit ‘niets’ namelijk heel veel voortkomt! Dat merkte ik al tijdens de voorbereiding van de repetities. Er kwamen zoveel beelden en ideeën in me op, dat ik gelijk wist dat er juist veel uit te halen was. Het is dus allesbehalve saai. Sterker nog: het is een veelvoud aan dingen die ontstaan en tevoorschijn komen.
En lijken die dingen die tevoorschijn komen op wat je in eerste instantie verwacht had?
Ik heb eigenlijk nooit een beeld of verwachting van wat er uit een idee moet komen. Eerder zoek ik naar een bepaald gevoel of een sfeer die ik neer wil zetten tijdens de voorstelling. En dat gevoel komt pas tot leven als ik de spelers op de vloer zie… dan pas ontstaat er echt iets. Tot die tijd heb ik eigenlijk geen gedetailleerd beeld in m’n hoofd van hoe het er uit moet komen te zien. Het maakproces is vooral associatief en intuïtief.
Maar, je liep wel al langer rond met het idee om iets over niets te maken, toch? Hoe is dat dan ontstaan?
Ja, ik ben er wel al langer mee bezig. Ik ben het steeds interessanter gaan vinden om theater over theater te maken, dus om met spelers onderzoek te doen naar wanneer iets theater is, wanneer het teveel of te weinig is en wanneer het iets of juist niets is. En aan de andere kant heb ik me privé altijd geïnteresseerd in een soort existentialistisch beeld van wat niets is of kan zijn, zeker ten opzichte van het heelal. Wat betekenen wij dan eigenlijk, als klein mens in dit grote universum?
Daarnaast is ‘niets’ taalkundig ook heel boeiend. Zo is ‘niets doen’ heel anders dan het gegeven ‘niets’. Ik vind het heel interessant om dat dan met de spelers uit te pluizen. Het brengt ook veel komische, poëtische en tegelijkertijd tragische situaties met zich mee, die ik vervolgens weer gebruik voor de voorstelling.
Geeft jouw voorstelling ook antwoord op de vraag wat ‘niets’ is? Of hoe je ‘niets’ doet?
In een voorstelling is het nooit mijn doel om een vraag te beantwoorden. Ook niet de vraag wat niets is. Ik probeer altijd een onderwerp uit te diepen met spelers, en dat op de vloer te laten zien. Dus ik maak me niet heel erg zorgen of er dan wel of niet een boodschap in de voorstelling zit –dat is gewoon niet mijn streven. Het gevoel staat echt centraal. En dat gevoel sluit heel erg aan bij het idee dat niets gewoon niet te bevatten is. Misschien is dat dan toch een antwoord?
Hoe zou je de groep spelers omschrijven?
Héél divers! Echt. Elke speler is anders en heeft andere spelkwaliteiten. De groep is open en onderzoekt op zijn of haar eigen manier mee hoe we deze voorstelling vorm gaan geven. De leeftijden verschillen ook enorm, van twintigers tot zeventigers.
Hoe blijf je tijdens het maakproces bij jezelf en jouw gevoel, als je ook nog twaalf spelers hebt die zelf ook van alles vinden of willen?
Ik vertrouw erop dat ik binnen een spelersgroep over de meeste vaardigheden beschik om zo’n voorstelling theatraal gezien neer te zetten en te laten kloppen. Daar zit ook absoluut mijn eigen smaak in. Ik beken graag kleur, anders wordt het zo’n halfbakken ding van iedereen. Daarin ken ik mezelf goed genoeg en weet ik wat mijn stijl, smaak en voorkeur zijn. Dat begint ook al bij de opdrachten die ik spelers geef. Daar zit mijn kadering eigenlijk al in. Een andere theatermaker zou andere opdrachten bedenken, en dus krijg je heel ander materiaal.
Tegelijkertijd: de voorstelling zou er niet zijn als er geen invloed van de spelers was. Het is dus altijd een samenspel! De voorstelling is niet ‘van mij’, maar van ons samen. Ik vind het super leuk om ideeën te krijgen van spelers. Daar ontstaan weer creatieve situaties uit. Het gaat denk ik dus vooral om de balans vinden.
Wat hoop je dat de mensen in het publiek ervaren tijdens het kijken van de voorstelling?
Aan de ene kant hoop ik dat mensen theater leren kennen dat misschien niet volgens de gebruikelijke regels is, bijvoorbeeld door het doorbreken van de vierde wand. En aan de andere kant hoop ik dat ze echt dat gevoel ervaren. Het pijnlijke, ontroerende dat de mens (vrijwel aldoor) iets wil vatten en daar vaak niet in slaagt. Ook al kan de poging nog zó oprecht zijn. Dat vind ik een heel mooi gegeven. Ik hoop dus dat het publiek ziet dat de spelers een oprechte poging doen om het niets te vatten, en hier ook dingen in herkennen bij zichzelf.
Waarom zouden mensen moeten komen kijken?
Het is een ontzettend leuke groep aan verrassende spelers. Ze zijn stuk voor stuk verschillend, wat heel goed samenwerkt en voor een mooi geheel zorgt. De voorstelling is toegankelijk en vermakelijk, ondanks het existentialistische vraagstuk dat er in zit. Het is herkenbaar en iedereen kan aanhaken. De combinatie tussen humor en ongemak werkt (naar mijn mening) heel goed.
Zin in een avondje niets?
Kom kijken! Op zaterdag 18 juni speelt Theaterwerkplaats twee keer de voorstelling Ginnungagap: Het Grote Niets, de Schuur in Haarlem. Eén keer om 16.00 uur, en één keer om 20.00 uur.
Kaartjes zijn nog te verkrijgen via https://www.schuur.nl/theater/ginnungagap-het-grote-niets
Meer over Merijn van Beusekom
Merijn, eigenaar van STUDIO SJEU, is conceptontwikkelaar, (theater)maker, docent én organisator. Geïnspireerd door filosofie en het absurdisme duikt ze verschillende thema’s in, met als centrale factor: de Homo Ludens. Oftewel ‘de spelende mens’. “Ik ben er heilig in gaan geloven dat in ieder van ons een Homo Ludens schuilt. En met name dat deze eigenschap niet verdwijnt op de dag dat je achttien wordt.”
Met STUDIO SJEU creëert Merijn dat stukje speelruimte voor een ieder die niet wil vergeten te blijven spelen en maken. Ze maakt theater met amateurspelers in opdracht van o.a. Theaterwerkplaats Haarlem, ontwikkelt educatieve projecten bij collectief de Theatertroep en heeft recent haar eerste verhalenbundel uitgebracht